Programma's

Overige onderdelen

In dit gedeelte van de begroting staan de onderdelen die verplicht, apart op iedere gemeentelijke begroting opgenomen dienen te worden. Het betreft de onderdelen Algemene Dekkingsmiddelen, Overhead, Vennootschapsbelasting en Onvoorzien.

Algemene Dekkingsmiddelen
Algemene dekkingsmiddelen zijn vrij besteedbare middelen die de gemeente gebruikt om de lasten van alle programma's te dekken, in tegenstelling tot specifieke dekkingsmiddelen die aan een specifiek doel gebonden zijn. Ze zijn opgenomen in het ‘overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien’ en beslaan ongeveer 65% van de totale baten van de gemeente. De belangrijkste bronnen zijn de algemene uitkering uit het gemeentefonds, OZB-inkomsten, Treasury, dividendinkomsten en overige belastingen.

Overhead
Het Overzicht Overhead bevat lasten en baten van de gemeentelijke overhead, zoals vereist door het Besluit Begroting en Verantwoording. Overhead betreft kosten voor sturing en ondersteuning van het primaire proces, zoals financiën, HR, en ICT en management.

De geactualiseerde BBV-notitie Overhead laat ruimte toe om kosten van leidinggevenden en ICT te verschuiven naar het primaire proces als ze toerekenbaar zijn aan specifieke beleidsterreinen. De kostentoerekening in de begroting 2025 is ondanks de ruimte die er nu is om meer kosten toe te rekenen aan specifieke beleidsterreinen niet aangepast. De begroting van Leidschendam-Voorburg is hiermee vergelijkbaar met die van vorige jaren. Wel neemt de vergelijkbaarheid tussen gemeenten af door deze nieuwe notitie.

Vennootschapsbelasting
Overheden vallen onder de vennootschapsbelastingplicht. Over de winst die met ondernemingsactiviteiten, zoals winst die uit reclame-inkomsten en grondexploitaties zijn behaald, moet vennootschapsbelasting betaald worden.

De gemeente Leidschendam-Voorburg verwacht op basis van de huidige cijfers en inzichten dat alleen voor de opbrengsten uit reclame (abri's, lichtmastenreclame en A0-borden) de gemeente vennootschapsbelastingplichtig is.

Onvoorzien
Wettelijk is voorgeschreven dat de programmabegroting een post voor onvoorziene uitgaven bevat. Er zijn geen voorschriften voor de omvang hiervan. De raming voor 2025 bedraagt € 100.000. Dit is het totaalbedrag dat beschikbaar is voor alle programma’s tezamen, dat onder voorwaarden (onvoorzien, onvermijdbaar, onuitstelbaar) kan worden ingezet. Het is niet bedoeld om omvangrijke risico’s binnen de begroting te dekken. Een overzicht en toelichting van de risico’s is opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Lasten & baten

bedragen x € 1.000

41.610

12,8 %

187.275

57,7 %

Deze pagina is gebouwd op 10/09/2024 13:02:14 met de export van 10/09/2024 12:53:32