Het weerstandsvermogen is de verhouding tussen de ongedekte financiële risico’s en de financiële weerstandscapaciteit om deze risico’s op te kunnen opvangen. Het gaat om de mate waarin de gemeente in staat is financiële middelen vrij te maken en maatregelen te nemen om incidentele en structurele financiële tegenvallers op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van het bestaande beleid en de gemeentelijke dienstverlening. Naarmate risico’s beter kunnen worden afgedekt en opgevangen, is sprake van een groter weerstandsvermogen. Om een waardeoordeel te kunnen geven over het weerstandsvermogen is het noodzakelijk dat het wordt afgezet tegen een norm.
Een algemeen gehanteerde norm bij gemeenten is een waarderingstabel opgesteld door het Nederlands Adviesbureau voor Risicomanagement (NAR) in samenwerking met de Universiteit van Utrecht:
Ratio waardering weerstandsvermogen | Betekenis |
---|---|
> 2,0 | Uitstekend |
1,4 – 2,0 | Ruim voldoende |
1,0 – 1,4 | Voldoende |
0,8 – 1,0 | Matig |
0,6 – 0,8 | Onvoldoende |
< 0,6 | Ruim onvoldoende |
In de onderstaande tabel wordt in de vorm van een ratio een oordeel gegeven over het weerstandsvermogen. Deze ratio wordt berekend door de beschikbare weerstandscapaciteit te delen door het risicoprofiel. De ratio's voor de jaren 2023, 2024 en 2025 zijn:
Ratio | Jaarrekening 2023 | Begroting | Begroting |
---|---|---|---|
1. Risicoprofiel | 8.742 | 7.754 | 9.870 |
2. Weerstandscapaciteit | 75.162 | 71.069 | 70.654 |
3. Ratio (verhouding tussen 1 en 2) | 8,6 | 9,2 | 7,2 |
4. Ruimte (verschil tussen 1 en 2) | 66.420 | 63.315 | 60.784 |
Bedragen x € 1.000 |
Uit voorgaande tabel blijkt dat het weerstandsvermogen gemeten aan de algemene norm van de NAR, uitstekend is. De geraamde totale weerstandscapaciteit voor 2025 is 7,2 maal zo groot als het risicoprofiel. Dit betekent dat de gemeente op basis van de risicoanalyse die gemaakt is, uitstekend in staat is om onverwachte ontwikkelingen op te vangen.